Toeval bestaat niet

Het textielfestival in de Weerribben start met de verkiezing van het mooiste textielschaap. Een paar weken geleden werd me gevraagd of ik de prijsuitreiking wilde opleuken met mijn boek. Iets vertellen of een stukje voorlezen. Ik mocht het zelf weten. Enne, of het boek ook een van de cadeautjes mocht zijn voor het winnende schaap. Natuurlijk was ik zeer vereerd door deze vraag. De ‘Crazy Lady’s‘ organiseren wel vaker leuke festiviteiten rond wol en zijn ook een beetje gek met  schapen en herders. Een goede reden om mij over het boek te laten vertellen.

Het is best een onderneming, vanuit de Betuwe naar de Weerribben, ruim 150 kilometer. Maar ik was niet de enige die lang moest reizen. Een van de deelneemsters kwam uit Zeeland. Zij had ook man en kinderen mee en maakte er een weekendje Weerribben van. Een goed plan, want het is een prachtig gebied.

Onderweg in de auto oefende ik wat ik ga vertellen. Ik heb al zo vaak het boek moeten promoten, dat ik een onuitputtelijk aantal anekdotes heb. Maar niets is echt speciaal geschikt voor deze doelgroep. Het zijn vooral mensen die met allerlei soorten textiel werken. Niet persé met wol. En ook niet persé schapen, dat is alleen vandaag, omdat ze graag meedoen aan de prijsvraag van de Crazy Lady’s, Ik word het niet eens met mezelf en bedenk dat ik eerst maar eens op de locatie moet rondkijken. Ik weet eigenlijk totaal niet wat me te wachten staat. Er zouden iets van 1000 schapen te zien zijn. Doen die allemaal mee met de prijs?

Herder met schaapjes op het textielfestival de Weerribben.

En dan rijd ik het terrein van Staatsbosbeheer in de Weerribben op. Lekker Nederlands, allemaal compact, benaderbaar en heerlijk buiten. Het eerste wat ik zie is een herder – van textiel. De beelden vallen enorm op, maar het zijn er slechts een tiental. Te overzien. Er staan prachtige creaties bij. Ik zet ze hier niet allemaal op. Er komt vast wel een mooie overzichtsrapportage op de site van het Festival.

Om drie uur is dan eindelijk de prijsuitreiking. Een van de Crazy Lady’s heet iedereen welkom (een mooi clubje van ongeveer 50 man) en na de gastheer van Staatsbosbeheer mag ik het woord. En wat doe ik? Ik lees voor. Laat het boek zichzelf maar verkopen! Het publiek is muisstil. Ook de allerkleinsten. Uiteindelijk worden dan de prijswinnaars bekend gemaakt. De jury is best streng. Ze hebben niet alleen gekeken naar leuk, mooi, maar ook naar stevig (het moet wel een heel seizoen buiten staan) en gebruikte technieken. De winnaar is toevallig de Zeelandse met haar prachtige stoere schaap. Het eerste wat Madeleine van Dijke zegt als ik haar het boek overhandig, is: ‘Ja, maar dat boek ken ik, ik volg je blog!’

Dat vind ik natuurlijk super leuk. Maar nu volgt het meest bijzondere. Dit voorjaar is ze met haar gezin op bezoek geweest bij de lammetjesdagen van Jan Kaljouw. Een van de herders uit het boek. Bij het weggaan zag ze de folder liggen van Waar lopen de schapen? en is het verhaal op Facebook gaan volgen. Zo kwam ze ook de prijsvraag van de Weerribben tegen en is ze dit prachtige schaap gaan maken.

En zo is het cirkeltje rond…

Dagje uit

In het open duingebied zie je liever niet te veel bomen. Ze belemmeren het uitzicht zelfs op het hoogste punt.
In het open duingebied zie je liever niet te veel bomen. Ze belemmeren het uitzicht zelfs op het hoogste punt.

Weer eens wat anders, een kudde herders. Vrijdag 7 november organiseert de Vereniging voor gescheperde kudden Nederland (VGSN) een contactdag in Bergen, Noord-Holland. Iedereen is welkom, mits lid van de vereniging. Er zijn heel veel herders, bijna herders, vrijwilligers, besturen van stichtingen en wat loslopend wild, zoals Berdien van Everdingen (LTO), Karen Eilers (Schuttelaar & Partners) en ik (Waar lopen de schapen?).

Wat verwacht jij, als je denkt aan een groep herders aan de koffie in het restaurant Duinvermaak? Veel wollen truien, baarden en stilte. Mooi niet. Het is een gezellige drukte, veel vrouwen, af en toe ook een kek kleedje en heel veel warmte. Ze kennen elkaar allemaal. Er zijn ongeveer 200 herders in Nederland en bijna de helft zit in de zaal. In het begin gaat het even  over de laatste nieuwe belangenvereniging. Nummer vier. Het kenmerk van een herder is: ‘Ik doe het liever zelf’. Daarom is het niet vreemd dat in deze beroepsgroep elke herder zijn eigen ‘partij’ opricht. De staatssecretaris gaat het moeilijk krijgen, want zij wil liever één aanspreekpunt voor de groep schaapherders.

Inmiddels is het gelukt om een praktijknetwerk te starten waarin een opleiding, een certificeringssysteem en een kennissite ontworpen worden. Herders en terreinbeheerders zijn er bij betrokken. Voor de herders is het fijn dat er op die manier erkenning komt voor hun beroep. En voor de terreinbeheerders helpt het om een verantwoorde keuze te maken.
Voor de opleiding wordt het wel spannend, want er is niet echt een hele grote markt voor jongeren die herder willen worden. Aan de andere kant is er wel heel veel behoefte bij herders aan goed en gedreven personeel. De meeste herders willen vast wel stageplaatsen creëren voor deze leerlingen. Dat is altijd een mooie opstap naar de toekomst.

Zelf ben ik een ‘nagekomen puntje’. Super leuk dat ik mijn boek ‘Waar lopen de schapen?’ mag presenteren aan zo’n grote groep herders. Veel spontane en enthousiaste reacties ontvangen op het boek. Misschien wordt het boek iets dikker dan ik van plan was.

’s Middags gaan de herders aan de wandel in de duinen van PWN rond de nieuwe schaapskooi. Een prachtig gebied dat Marijke Dirkson en Martin Orij (landschapsbeheer Rinnegom) met hun schapen beheren. De kudde wordt in tweeën gedeeld. Een deel loopt met Marijke mee en een andere groep loopt met een medewerker van PWN mee. Hij legt ons uit wat het effect tot nu toe is van de schapen op de flora en fauna. Het is een wankel evenwicht. Zonder schapen zou het duin vergrassen en weer bos worden. Schapen eten ook waardplanten en kunnen van alles vertrappen. De herder zorgt ervoor dat de schapen wat minder komen op plekken waar waardplanten staan of kwetsbare korstmossen. Onderweg komen we vrijwilligers tegen van de korstmossen vereniging (BLWG). Zij bekijken elk jaar het effect van het beheer met schapen op de bijzondere korstmossen in het duin. En ja, de schapen trappen ze kapot. De herder heeft een duidelijke taak! Ook verspreiden ze de korstmossen over het hele terrein. ‘Mooi’, denkt de leek. ‘Nee’, zegt de ecoloog: ‘dat maakt uniform dus saai’. Zo moeilijk is het dus om het goed te doen in natuurbeheer. Ik neem mijn petje af voor al die herders die zich hiervoor inzetten.

Dit verhaal komt niet in het boek. Het hoort bij de ‘making off’.  De verhalen van de herders van de Vereniging voor Gescheperde Kudden Nederland (VGSN) vullen het boek ‘Waar lopen de schapen?’ met foto’s van Suze Vonk.
Bestel (en koop) het boek ‘Waar lopen de schapen?’

De natuur ademen

Tweede fase van Blauwe Texelaar met veel kleur.
Tweede fase van Blauwe Texelaar met veel kleur.
Overigens geen ras dat herders snel uitkiezen om mee te begrazen in een natuurgebied.

Schrijven is echt heel leuk. Ik heb het al vaker gezegd, geef mij een onderwerp en ik schrijf er iets over. Onderwerpen vinden is trouwens ook geen probleem. In 2013 heb ik meer dan een half jaar elke dag een stukje geschreven met heel veel plezier en erg weinig moeite. En nu heb ik een onderwerp, waar ik een heel boek mee kan volschrijven en dat ga ik ook doen.

Toch is het moeilijk om ook werkelijk elke dag te schrijven aan het boek. Gisteren heb ik ongeveer 5000 woorden geproduceerd en daarvan de helft direct weer weg geknikkerd. Vandaag heb ik pas drie woorden geschreven. Wel hele goede woorden. Nieuwe woorden. Originele woorden. O en dit stukje natuurlijk.

Op zich is het natuurlijk niet moeilijk om te schrijven aan het boek. Het moet tenslotte ergens over gaan. Het boek gaat over schapen en over herders. Welke rassen. Over de plek waar de herders met de schapen lopen, over de natuur en over natuurbeheer. Maar ook over gezondheid, fokkerij en voeding van de schapen. Over hoe of waarom een herder herder is, hoe een herder zijn bedrijf organiseert, hoe herders de kost verdienen. Meer dan genoeg onderwerpen om uit te zoeken. Er is een berg aan informatie beschikbaar om uit te putten. Ik hoef het echt niet zelf te verzinnen. Het is zelfs nog simpeler. Ik vraag het gewoon aan ‘mijn’ herders.

Het wordt een boek vol verhalen van herders. Af en toe aangevuld met achtergrond informatie. Daar ligt wel mijn valkuil. Het verzamelen van informatie. Hoeveel informatie is er nodig? Ik wil graag alles weten en begrijpen. Een van de bronnen is een boek uit 1782 van de heer Daubenton. Hij schrijft ‘Onderwijs voor de schaapsherders en voor de eigenaars van schapen’. Een boek vol met wijsheden. Zo kiest hij voor zijn boek een groot lettertype. Dat is wel wat duurder drukken, maar het leest gemakkelijker. ‘Zeker voor landlieden die weinig gebruik maken van boeken’. Wat is de e-reader van tegenwoordig dan toch een uitkomst. Kun jezelf de ideale lettergrootte kiezen.

oude herderboek met onderstreping-klein
Onderwijs voor de schaapsherder uit 1782 door Daubenton.

Ook al wil ik zelf graag alles weten, voor ik wat opschrijf, de vraag is of de lezer dat ook wil. Het boek is niet echt bedoeld voor mensen die nooit of weinig lezen. Het mag wel. Er komen ook mooie plaatjes in. De verhalen van de herders kunnen voor iedereen een inspiratie bron vormen. Daar is al die achtergrondinformatie niet voor nodig. Wat mij opvalt als ik met herders praat en tussen hun schapen sta, is het intens genieten van de herder van de natuur in al zijn facetten. ‘De natuur ademen’, dat doen herders. Mijn woorden van vandaag.

Waar lopen de schapen

Vrijdag helemaal niets meegemaakt. Dat gebeurt vanzelf als je de hele dag aan het werk bent. Vastgeplakt aan het toetsenbord en het scherm. Het gekke is dat de dag dan wel omvliegt. Als het werk maar leuk is.

Ik vond het de afgelopen dagen eigenlijk helemaal niet zo leuk. Ik ben een boek aan het schrijven. Dat gaat niet zomaar. Gelukkig heb ik een leuk idee en vinden meer mensen dat. Ik hoef niet alles alleen te doen. We bedenken samen het doel en de doelgroepen voor het boek. Er moet een hoofdstukindeling komen en of ik die maar even wil maken op basis van alle onderwerpen die we bedacht hebben. Ik dacht dat het heel makkelijk zou zijn, maar het valt tegen. De onderwerpen zijn zo verschillend. In zwaarte en in vorm. In het zelfde rijtje staan natuurbeheer en slowfood. Het heeft met elkaar te maken, maar het lijkt meer een vergelijking van appels en peren. Appeltje eitje voor een inwoner van de Betuwe. Niet dus. Ik loop al de hele week te broeden. Gelukkig is er genoeg afleiding. Leuke telefoontjes. Schilderen. Allemaal oversprong gedrag.

Twee middagen achter elkaar schrijf ik hele vellen vol met schema’s en matrixen om te kijken of er een logische structuur is te maken. Alpha en Beta gaan een ongelijke strijd aan. Gelukkig wint Alpha dit keer. Ik vind een metafoor om de thema’s te vangen. Ik wordt er helemaal vrolijk van. Natuurlijk is het niet ineens af, maar ik heb nu wel in tien minuten de hele inhoudsopgave op een rijtje. Nu maar hopen dat de rest van de meedenkers het ook leuk vinden. Anders begint het hele proces weer opnieuw.

Misschien niet heel toevallig, in een boek over herders, maar mijn metafoor is een schaapje. Schapen maken me altijd vrolijk. Ik hoop anderen ook.

Dat geeft ook weer inspiratie om te schilderen. Een schaap natuurlijk.

Tweede fase van Blauwe Texelaar met veel kleur.

Mooi jaar

20131230-204530.jpg
Engeltjes

May 2014 be a wonderfull year.

2014 wordt voor mij een bijzonder jaar. Alle wensen, plannen, dromen komen uit. Als vanzelf. Zo voelt het. Als je doet wat je passie is, dan voelt het niet als werken.

Ik ben opgevoed met de wijsheid: ’creatie is 1% inspiratie en 99% transpiratie’.

Daar is niets van waar. Gewoon doen wat je leuk vindt. Geniet van elke stap, ook als die zwaar is. Wees blij dat je kunt lopen. En dan merk je dat je steeds een beetje dichter bij je doel komt. Dat voelt goed.

Mijn jaar kan alvast niet meer stuk. In januari exposeren negen kinderen een schilderij in de Synagoge. Dat schilderij hebben ze bij mij geschilderd. Hoe stoer is dat? Vier maanden later exposeert mijn zusje samen met mij en mogelijk nog meer Vonken op dezelfde plek.

En ik schrijf. Liefst over van alles en nog wat. Net als bij het schilderen, maakt schrijven niet alleen mij, maar ook heel veel andere mensen vrolijk. En zo groeit een boek…
Mijn eerste boek gaat over het nieuwe beroep de Nederlandse herder. De schaapsherder als natuurbeheerder. Lees met me mee, denk en droom met mij mee. Ik vind het fijn om commentaar en tips te krijgen.

Ik wens jullie allemaal mooie dromen en veel energie om die dromen waar te maken.